In de schemering
is er een fluisteren:
Lieveling, lieveling!
De hemelen duisteren,
Maar klaar glanst hopen en herinnering:
Lieveling, lieveling!
Kom in de schemering.
Handen zullen têer streelen,
En aan uw oor de heele
Heele stille fluistering:
Lieveling, lieveling!
En aan mijn wang uw hoofd gevleid.
Om mij de warme zaligheid
Uws adems; en een tinteling
Licht in uw oogen. Lieveling!
In de schemering,
Als alle dingen duisteren,
Heerscht dit lichte fluisteren:
Lieveling, lieveling!