O droom, die in een slapeloozen nacht Verschenen zijt voor wakkre brandende oogen, Gij naamt uit mij vorm en bestaansvermogen. ‘k Heb u verwekt en smartlijk voortgebracht. Eindelijk zie ik, bang, de late pracht Van uw gelaat, o zoon, mij
Categorie: De Lichtstreep
Benedictie
Ons is zoo wonderlijk te moede: Niets kan ons bloeien nu nog keeren. Want om ons is de glans des Heeren En wij zijn vol van Zijnen bloede. Zijn liefde kwam ’t heelal ten goede, En Hij zal, ons beminnen
Agnus Dei
Wij gingen onze ziel belasten, O lam, toen wij uw leven eêl Vol dartelheid en lief gespeel, Niet hoedden voor ongure gasten. Er was een hand, die zoekend tastte, Over het kloppen van uw keel, En met een snelle snede
Benedictus
Gezegend, die de rozen doet Onder Uw lach ontluiken Aan de verbolgen struiken In glans van sneeuw en bloed. Gezegend, die de vogels hoedt, En lokt een schuwen zinger Heel teeder op Uw vinger, En wekt het nestend broed. Gezegend,
Sanctus
Gij hebt de geselende regen Gedreven door het dorrend lof. Tot vaste vloet ligt ’t mulle stof Gebonden langs de hete wegen. Een vogel, uit zijn vleugelveren Klappert een kleine zilverbui, Verschikt zijn natte halskraag lui, En fluit verwonderd een
Credo
Uw handen lieten t leven stuiven Gelijk een bloem het gulden meel. En kinderen ontloken, heel Zijig en roze als duiven. Zij moeten langs Uw licht verschuiven Gelijk het schaduwend gespeel Van vingeren, en aller deel Is, dat de dood
Gloria
Nu is de lucht zoo teeder en groen Als ’t ritselen der vroege lente. Knapen plantten hun blanke tenten In schaduw van het forsch plantsoen Nu, na den lang genoten dag, Liggen ze stil omhoog te staren Enzien de sterren
Kyrie
De bloemen dringen om U samen: De rozen koninklijk en rein In roode zijde en wit satijn, Edel van stam en hoog van namen; In geur van meidoorn en seringen Der duizendschoonen stijve rij; En wereldsch in bruingouden pij De
Introïtus (Ps. 4:7)
De knoppen der kastanjes kleven, De struiken schieten kreuklig uit, En t glimmend rijs, dat nog niet spruit, Staat met gespannen bast te beven. De sappen stijgen in elk leven Dat zich voor Uwe drang ontsluit. Heer! Zie uw dienaar!
De Lichtstreep – III De zachte fluit
delen I, II en III I – De rouwtoorts II – De gedroomde zoon III – De zachte fluit (bij Mozarts Krönungsmesse)