Tulpen

Ze zijn veel trotscher dan de rozen
En zeer gelukkig en alleen.
Stil heeft eenelk zijn deel gekozen
Van ’t leven; en ’t is elk gemeen.

Zij smeeken: Heer, ik sta te branden !
Alleen voor U ben ik gesmukt !
En voelen door dezelfde handen
Zich tot een zelfde doel geplukt.

Zoo heeft Gods liefde hen gevonden
Tot leven en tot dood bereid.
Zij staan zeer stil en schoon, verslonden
In de aanblik van Zijn heiligheid.