De operatie

Hij nam het mes, en sneed zo zeker,
Dat zij eerst slechts een rilling voelde,
Die scherper werd, en kil, en woelde
Diep in haar wezen, en het weeke
Trillende hart aanraakte en bonzen
Deed als de zware doodenklok,
En uit haar ‘t leven met een schok
Wegstiet … Ze ontwaakte uit een gonzen,
Dat suizen werd, opende traag
Haar ogen, en de nacht werd vaag.
Zij zag haar handen en het laken,
En voelde zich zoo zwak en zwaar,
En sliep … En Het was of Een heur haar
Spelende streelde en glanzend maakte.