Finis

Weinig zal er nog geschreven worden. Wat zal leven in toekomstige eeuwen? De trekvogels joegen langs met schreeuwen. In onze harten liet iets los en dorde. Over uwe oogen en de mijne Zijn eensklaps andere heemlen ontwaakt. De witte midag

De slang

Ze is opgetogen door de buurt gegaan En heeft het laatst sensatienieuws besproken Met naaisters en die in de winkels staan Het kwaad gesierd en ’t goede afgebroken. De rijke zieke heeft zij zeer gevleid: ‘Wat is er veel van